![]() |
Your Most Trusted Source of Foreign
News and Views About the United States
|
EDITORIAL
Translated By Jan de Nijs
September 8, 2005
Comparing the United Nations with a government
or private company is impossible. This "world organization" is manhandled
by 191 governments, all with contradictory ideologies and different ways
of organizing their own internal affairs. The operations arm, the Security
Council, has 5 permanent members. There are three European, one
The minimal authority of the U.N. Secretary
General, as well as the precarious management structure of the United Nations,
is clearly brought to light in the report of the independent commission
investigating management of the "oil-for-food" program. This program was
started in 1996 to ensure that ordinary Iraqis would not perish of starvation
due to the sanctions put in place after Saddam Hussein invaded
The mandate and objectives for this program
were vague. The Iraqi government was given great latitude to handle its
own negotiations. This allowed Saddam to find ways to siphon off €1.8 billion
[$2.2 billion] (of the total project budget of €100 billion [$124 billion])
for personal gain. On top of that, he managed to smuggle another $11 billion
worth of oil out of
But even in light of all the mismanagement, it is quite a miracle that this commission which is so critical of the oil-for-food program, also lists important successes. It did succeed in preventing Saddam Hussein from obtain weapons of mass destruction, something the American government erroneously refused to believe. And the Iraqi people did get food and medicine, even as sanctions remained in place.
It is clear that this report seriously undermines the position of Kofi Annan, even though the commission does not accuse him of corruption. But even if the process of finding a new Secretary General is begun (and this is highly recommended at this point), the new Secretary General will have to be more of a diplomat than an executive, because of the hopelessly divided structure of governance at the United Nations. Vague mandates and unclear objectives are the result of a divided Security Council.
The recommendation that the U.N. come up with better management structure is an issue that must be addressed. For some time now, the American government has been leading the call for structural management change. None of the U.N. members can object to the recommendation for appointing an Executive Director for Special Programs; or to adopt transparent accounting practices; or to institute clear procurement procedures. An independent accounting oversight board should keep track of budget and personnel issues.
The United Nations is essential in the current world. That was true for the oil-for-food program. As an organization, the U.N. will never be perfect. However, putting in place thorough oversight, better management structures and more openness per the recommendations of the commission, will improve the execution of agreed upon projects dramatically.
Mismanagement bij VN
De Verenigde Naties zijn niet te vergelijken
met een overheid of een bedrijf. Deze wereldorganisatie wordt bestierd
door 191 overheden met onderling tegengestelde ideologieën en regeringsvormen.
Het dagelijkse bestuur, de Veiligheidsraad, reflecteert met zijn vijf permanente
leden, drie Europese, Amerika en
De geringe macht van het VN-secretariaat en het wankele bestuur van de Verenigde Naties komen tot uiting in het rapport van de onafhankelijke onderzoekscommissie over het management van het olie-voor-voedselprogramma in Irak. Dit programma was in 1996 begonnen om de Iraakse bevolking niet te laten verhongeren ten gevolge van de sancties die sinds de verovering van Koeweit door Saddam Hussein in 1990 tegen Irak waren ingesteld. De sancties werden gecontinueerd toen Saddam zich niet hield aan de eisen tot ontwapening en wapeninspecties. In 1996 mocht de Iraakse regering toch olie verkopen in ruil voor voedsel en medicamenten. Dit programma werd bestierd door de secretaris-generaal en de Veiligheidsraad.
Het mandaat en de voorwaarden van het programma waren onduidelijk. De Iraakse regering had grote onderhandelingsvrijheid, waardoor Saddam van de 100 miljard 1,8 miljard euro ten eigen bate kon aanwenden en bovendien voor 11 miljard dollar aan olie buiten het programma om naar het buitenland wist te smokkelen. De aanbestedingsprocedures deugden niet en de directeur van het programma, Benon Sevan, profiteerde persoonlijk van oliedeals. De zoon van de secretaris-generaal, Kojo Annan, maakte misbruik van de naam van zijn vader bij het verkrijgen van opdrachten en persoonlijke voordelen. Kofi Annan en de Veiligheidsraad hebben daarop te weinig toezicht uitgeoefend.
In het licht van het mismanagement is het een wonder dat de kritische onderzoekscommissie uiteindelijk belangrijke successen opsomt van het olie-voor-voedselprogramma. Het voorkwam dat Saddam Hussein massavernietigingswapens in handen kreeg - iets wat de Amerikaanse regering ten onrechte niet geloofde. En de Iraakse bevolking kreeg ondanks de boycot toch medicijnen en voedsel.
Duidelijk is dat de positie van Kofi Annan door dit rapport ernstig is verzwakt, hoewel de commissie hem niet heeft beschuldigd van corruptie. Maar ook als er naar een nieuwe secretaris-generaal moet worden gezocht - en dat is raadzaam - zal die een diplomatieke functie moeten uitoefenen, omdat de bestuurlijke verdeeldheid van de Verenigde Naties niet is te verhelpen. Halfslachtige mandaten en onduidelijke voorwaarden zijn het resultaat van de verdeeldheid van de Veiligheidsraad.
De aanbevelingen voor beter management moeten door de Verenigde Naties ter harte moeten worden genomen. De Amerikaanse regering heeft al eerder het voortouw genomen door verbetering van het management te eisen. Geen enkel VN-lid kan zich verzetten tegen de aanbevelingen van de commissie tot benoeming van een uitvoerend manager voor speciale programma's, goede boekhouding en controle en deugdelijke aanbestedingsprocedures. Een onafhankelijke rekenkamer kan toezicht achteraf uitoefenen op de budgettering en personeelsvoorziening.
De Verenigde Naties zijn onmisbaar, dat was ook zo bij het olie-voor-voedselprogramma, maar volmaakt zal de organisatie nooit worden. Gedegen controle, beter management en openbaarheid - zoals met dit onderzoeksrapport - kunnen de uitvoering verbeteren van plannen waar de VN-leden het wel over eens zijn.