Softe EU-politiek is vrijbrief voor Poetin
Patrick
van Schie
Verschillende Westeuropese
regeringsleiders namen afstand van de vergelijking die
Hillary Clinton onlangs maakte
tussen de Russische annexatie van de Krim en Hitlers optreden ten aanzien van Tsjechoslowakije en Polen in de jaren dertig. Vergelijkingen met de Tweede Wereldoorlog moeten inderdaad niet te gemakkelijk
worden gemaakt. Maar Poetins excuus
dat hij 'slechts' de Russische bevolking in de Krim en elders wil beschermen is wel een exacte
kopie van Hitlers zelfverklaarde rol als beschermheer ten aanzien van de etnische Duitsers in Sudetenland en in de corridor tussen Duitsland en Oost-Pruisen. Clinton sloeg met haar historische analogie dan ook
de spijker op de kop.
De
veelgehoorde referentie aan de tijd van de Sovjet-Unie wordt eveneens betwist. Volgens de Amerikaanse president
Obama is er geen sprake van een nieuwe Koude Oorlog
omdat het huidige Rusland geen leider
van een ideologisch blok is en omdat het Westen niet op een Koude Oorlog
uit is. Ook hier ziet zijn
voormalig minister van Buitenlandse
Zaken het scherper. Of er een nieuwe
Koude Oorlog komt is niet ter
bepaling aan het Westen, stelde Hillary Clinton, dit hangt van Poetin
af.
Het
klopt dat Rusland niet langer
het centrum van een communistisch blok is, al speelt het Kremlin openlijk in op
nostalgie naar de Sovjet-tijd en geniet Lenin bij de pro-Russische (veelal ingehuurde) demonstranten een opmerkelijke populariteit. Wel wordt het Westen
in het Moskou van Poetin weer als de grote
vijand gezien en wordt het recht op zelfstandigheid van voormalige satellietstaten niet werkelijk erkend.
Zo geldt de aansluiting tien jaar geleden van de Baltische staten bij de Navo in Moskou als een
agressieve daad van
Washington. Dat bevolking
en politici van de Baltische
staten via het Navo-lidmaatschap
zelf bescherming hebben gezocht tegen hun voormalige
kolonisator Rusland, schijnt niet van belang. Het regime in Moskou bestempelt - net als in de Sovjet-tijd - iedere Oosteuropeaan die zich tegen Russische overheersing verzet tot
'fascist'.
Slappe reactie van
de Westeuropese regeringsleiders
Verontrustend vergelijkbaar
met de jaren dertig is tevens de ronduit slappe reactie van de Westeuropese regeringsleiders. Vanuit een wensdenken
- we moeten toch vooral de vrede bewaren, en dus niet 'provoceren' - blijven harde sancties
tegen Moskou achterwege. Het sanctiepakket dat is gekozen raakt de Russen amper. Steviger sancties zouden echter ook in West-Europa zelf worden
gevoeld. Er blijkt onder de EU-leiders weinig bereidheid te zijn
zelf pijn te lijden en in reactie op het illegale optreden van de Russen op de Krim echte daden
te stellen. Ach, de Oekraïne ligt immers
ver weg. Opnieuw komt 1938 in gedachten, toen Neville
Chamberlain Tsjechoslowakije tot 'that faraway
country' verklaarde.
Sancties zijn natuurlijk ten dele symbolisch. Symbolen kunnen echter wel wat
waard zijn. Een duidelijk signaal
dat Poetin echt veel te
ver is gegaan had aan de situatie op de Krim weliswaar niet veel veranderd,
maar de huidige softe politiek van de Europese Unie is voor Poetin vooral
een teken dat hij op de ingeslagen
weg door kan gaan.
Het
zou uiterst gevaarlijk worden als Poetin zijn
verklaring dat hij het recht heeft
Russische minderheden te beschermen op de Baltische staten ging toepassen. Gelukkig heeft Obama tenminste expliciet verklaard dat de bijstandsclausule uit het Navo-verdrag evenzeer voor Baltische staten als voor
andere Navo-lidstaten geldt.
Navo-bevelhebber generaal Philip Breedlove stelde vorige week dat als gevolg van de gebeurtenissen op de Krim de positionering en de paraatheid
van Westerse troepen in Oost-Europa aan herziening toe zijn. De Navo zal immers
zonodig de Baltische staten, of andere Navo-bondgenoten in Oost-Europa, niet alleen met verklaringen maar bovenal met militaire hulp moeten kunnen
bijstaan. Indien de Baltische staten dit wensen zou
het Westeuropese landen, inclusief Nederland, sieren militaire eenheden ter plekke te
stationeren. West-Europa zou zo kunnen
tonen dat haar fraaie woorden
niet altijd loze praatjes zijn.
Patrick
van Schie is historicus en directeur van de Teldersstichting,
het onafhankelijk wetenschappelijk
bureau ten behoeve van het liberalisme
gelieerd aan de VVD. Hij schrijft
deze column op persoonlijke
titel.